In de winter eten we vaak stamppot, grote borden met aardappelen, groente en vlees of stevige pasta’s. Lichtere maaltijden als een stuk vlees op de barbecue met wat rauwkost zijn eerder typerend voor de zomer. Dit heeft niet alleen met het seizoen te maken. Mensen hebben in de zomer daadwerkelijk geen zin in een bord stamppot; de meeste mensen dan. In de winter lijken mensen ook niet vol te raken van een paar barbecueworstjes. Maar wat is de reden voor deze verandering in ons eetpatroon?
Wat is metabolisme?
De verbranding in ons lichaam houdt ons warm, zorgt dat we energie hebben en zorgt voor de energietoevoer voor al onze lichamelijke processen. Dit noemen we ook wel het metabolisme. Voedsel dat we eten wordt verteerd en in onze darmen worden daar de essentiële voedingsstoffen uitgehaald. Deze worden door ons lichaam omgezet in brandstof of bouwstenen. Het gebruik van de brandstof gaat onder invloed van het metabolisme. Het metabolisme gaat omhoog wanneer je je inspant, tijdens sporten bijvoorbeeld. Wanneer je in rust bent, heb je een rustmetabolisme.
Weinig verschil zomer en winter
Uit studies is gebleken dat er tussen het gemiddelde metabolisme in de zomer en winter weinig verschil zit. Het lichaam houdt dus duidelijk een balans. In de winter eet je meer en zwaardere maaltijden, maar er wordt dus niet persé meer verbrand. De stoffen die niet verbrand worden, worden door je lichaam gebruikt om een soort vetlaag te vormen voor je lichaam. Door deze vetlaag blijf je makkelijker warm, gezien het in de winter kouder is, waardoor je metabolisme niet omhoog hoeft te gaan. Als het metabolisme wel omhoog zou gaan, zou dit ook energie kosten. Om energie te maken, is namelijk ook energie nodig.
Waarom eten we toch anders?
De aanpassing in het eetpatroon in zomer en winter is omwille van ‘het behoud van de soort’. Het is onderdeel van ons instinct, maar tegenwoordig eigenlijk niet meer nodig. Vroeger waren mensen volledig afhankelijk van hun instinct om te overleven. Er waren toen nog geen huizen met verwarming of eten bij de hand in de supermarkt. De mensen van toen moesten tijden zonder voedsel incalculeren. Daarom aten mensen vroeger in de winter meer, om energie te besparen en ook om een opslag te creëren, voor wanneer het eten op zou raken. Deze gewoonte is er tot op de dag van vandaag nog niet uit bij mensen, waardoor we in de winter nog steeds meer en zwaardere dingen eten. Dit is door de hogere temperatuur en florerende natuur in de zomer niet meer nodig.
Daarom eten we deze maanden lichte maaltijden; precies genoeg voor onze verbranding. Bijvoorbeeld steaks, biefstukjes en barbecuevlees. Straks, als de R weer in de maand komt, zullen we met z’n allen weer zwaardere maaltijden gaan eten. Stoofvlees, verse worst bij de stamppot of rollades. Waarna we weer een kleine vetlaag zullen aanmaken en energie besparen. Wij, mensen, mogen dan wel vreselijk geëvolueerd zijn, maar zulke oude gewoontes krijgen we er niet uit!
———————————————————————————————————————————————————————————-
Soraya Smit is student Biomedische Wetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarnaast is zij directe familie van de eigenaren van De Marktslager. Vanuit haar nieuwsgierigheid naar alles wat met voeding te maken heeft en de inhoudelijke toetsing vanuit haar studie, onderzoekt zij elke maand een ‘vleesgerelateerd’ thema. Ze beschrijft haar bevindingen en ervaringen in een blog die maandelijks gepubliceerd wordt op de website van De Marktslager.