Er gaan veel vooroordelen over vet rond; de meningen hierover verschillen enorm. Plantaardige vetten zouden beter zijn, net als de vetten in vis. De dierlijke vetten daarentegen zouden vreselijk slecht voor je zijn. Mensen wordt daarom aangeraden om meer vis te eten in plaats van vlees en vooral veel plantaardige producten. Maar waarom eten mensen dan al duizenden jaren vlees en andere dierlijke producten? Zijn deze dierlijke vetten eigenlijk wel zo slecht?

Vetten zijn nodig als bouw- en brandstof in het lichaam. Ze vallen onder de macromoleculen.  Deze macromoleculen maken leven mogelijk en zijn bij vrijwel alle processen in het lichaam betrokken.

Hoe werkt het dan?
Vetten zijn opgebouwd uit o.a. drie vetzuren. Deze vetzuren kunnen verzadigd of onverzadigd zijn. Tot zover niets nieuws! Om te begrijpen wat het verschil hiertussen is, leggen we eerst iets uit over het verschil in de structuren.

Structuur formule van vet. Zwart = glycerolmolecuul / groen = enkelv. onverz. vetzuur / rood = meerv. onverz. vetzuur / blauw = verz. vetzuur.

De onverzadigde vetzuren bevatten dubbele bindingen tussen de koolstofatomen in het molecuul. Hierdoor ‘buigen/knikken’ de vetzuren een beetje. Deze bindingen kunnen enkelvoudig of meervoudig voorkomen.  Deze onverzadigde vetzuren vormen de onverzadigde vetten, die ook wel plantaardige vetten worden genoemd.

De verzadigde vetzuren bevatten geen dubbele bindingen. De verzadigde vetten die hiermee worden gevormd worden ook wel de dierlijke vetten genoemd. Deze dierlijke vetten zijn uiteraard terug te vinden in vlees. Echter, in veel organismen is vaak een combinatie van beide te vinden.

Combinatie van vetten
Er werd jarenlang van uitgegaan (waarschijnlijk door de benaming ‘dierlijke vetten’) dat er in vlees en andere dierlijke producten vooral veel verzadigde vetten zaten. Ook dacht men dat er in planten alleen maar onverzadigde / plantaardige vetten voorkwamen. In de werkelijkheid zit er echter vaak een combinatie van beide in veel organismen. Dus door vlees of andere dierlijke producten te vermijden, ontwijk je de verzadigde vetten niet.

We hebben verzadigde vetzuren nodig!
Verzadigde vetten worden vaak als boosdoener gezien. Mensen zouden hier dik van worden; het zou het cholesterol verhogen en daarmee hart- en vaatziekten veroorzaken. Echter, hier zijn andere vetten verantwoordelijk voor en de verzadigde vetten zijn juist heel belangrijk voor het lichaam. Je lichaam heeft de verzadigde vetzuren nodig voor allerlei processen, die niet alleen door de onverzadigde vetzuren gedaan kunnen worden.

  1. Bouw en bescherming van cellen
    Een fosfolipide in het celmembraan

Ten eerste worden de vetzuren (onverzadigd én verzadigd) gebruikt voor de bouw en bescherming van de cellen. Het celmembraan bestaat uit een dubbele laag van fosfolipiden. Een groot deel van deze fosfolipiden wordt gemaakt door verzadigde vetzuren. Deze verzadigde vetzuren zijn dus erg belangrijk voor de bescherming van onze cellen.

  1. Brandstof voor het lichaam

Daarnaast werkt vet als brandstof in het lichaam. Samen met koolhydraten (glucose) verschaffen vetten de meeste energie. Al het vet dat niet gebruikt wordt, wordt opgeslagen. Als je dus heel veel vet binnen krijgt (en hiervan niet zoveel gebruikt) wordt het overbodige deel opgeslagen. Hier kun je inderdaad dik van worden. Maar dit geldt zowel voor onverzadigde als voor verzadigde vetten.

  1. Langer verzadigingsgevoel

Daarnaast zorgen verzadigde vetzuren voor een langer verzadigingsgevoel, omdat de vertering hiervan langzamer gaat dan van onverzadigde vetzuren. Hierdoor vermindert je trek in eten, dus in zekere zin werken verzadigde vetzuren juist positief mee bij het voorkomen van gewichtstoename.

  1. Bescherming tegen ziektes

Vetten kunnen worden gebruikt als beschermlaag rond bepaalde organen, maar vetzuren kunnen ook gebruikt worden als bouwstenen voor organen die veel vetzuren bevatten. Zo zou de vorming van bepaalde fosfolipiden (voornamelijk gemaakt door verzadigde vetzuren) mogelijk beschermen tegen Alzheimer.

  1. Aanmaak hormonen en signaalstoffen

Verder zijn verzadigde vetzuren vooral belangrijk als bouwstenen voor het maken van hormonen en signaalstoffen die organen en systemen in het lichaam aansturen.

De echte boosdoener; de transvetten
De meeste vooroordelen die men heeft over verzadigde vetten of vetzuren zijn dus niet waar. Maar wat is dan wel een veroorzaker van problemen? Dit zijn de transvetten.

Normaal gesproken zijn onverzadigde vetten (enkelvoudig of meervoudig) altijd in zogenaamde cis-vorm ‘gebogen’ (zie afbeelding hiernaast). Maar sommige onverzadigde vetten zijn in trans-vorm gebogen; de zogenaamde transvetten. Deze trans-vorm ontstaat door het harden van plantaardige oliën, zoals in margarine is gebeurd. De oorzaak hiervan is dat onverzadigde vetzuren vaak voor een vloeibare of ‘zachtere’ vorm zorgen. Om een vastere vorm aan te kunnen nemen, moet de structuur van de onverzadigde vetzuren veranderen. Deze transvetten zijn onder andere te vinden in frituurvet, margarine en halvarine.

Na lange tijd de schuld in de schoenen van de verzadigde vetten te hebben geschoven, heeft men ontdekt dat juist deze transvetten zorgen voor het hoge cholesterolgehalte en het vergroten van de kans op diabetes. Ook zouden ze de samenstelling van de fosfolipiden negatief beïnvloeden, wat dus schadelijk is voor je lichaamscellen. Dus niet de verzadigde vetten, maar juist de bewerkingen door de mens zijn de veroorzakers van de problemen.

Conclusie
Mensen hoeven zich in mijn opinie dus helemaal niet druk te maken over dierlijke vetten. Ze zijn juist een belangrijke bouw- en brandstof in het lichaam. Een stuk vettig vlees eten is daarom net zo goed als een stuk vis. Maar voor alles waar vet in zit geldt; eet niet meer dan dat je daadwerkelijk verbrandt. Zoals ik al aangaf wordt al het vet dat je lichaam binnenkomt, dierlijk of plantaardig, opgeslagen als het niet wordt gebruik. Dus je kunt van alle vetsoorten dik worden.

Het gerucht over cholesterol en verzadigde vetzuren kan nu ook de deur uit. De schuld van een verhoogd cholesterol en een grotere kans op diabetes ligt bij de transvetten. Daarom hoop ik dat iedereen weer zonder stress zal kunnen genieten van een lekker stukje vlees. Want het is niet slecht voor je en je hebt de stoffen in het vlees juist nodig voor het goed functioneren van je lichaam. Waarom zouden we anders al duizenden jaren omnivoren zijn?

Soraya Smit is student Biomedische Wetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarnaast is zij directe familie van de eigenaren van De Marktslager. Vanuit haar nieuwsgierigheid naar alles wat met voeding te maken heeft en de inhoudelijke toetsing vanuit haar studie, onderzoekt zij elke maand een ‘vleesgerelateerd’ thema. Ze beschrijft haar bevindingen en ervaringen in een blog die maandelijks gepubliceerd wordt op de website van De Marktslager.